woensdag 4 september 2013

Punt.

Volgend jaar is het 10 jaar geleden dat mijn vader overleed. En omdat instanties graag met je meedenken mogen we bij dat jubileum ook meteen beslissen of hij nog eens 10 extra jaren wil doorbrengen in de urnenmuur bij crematorium en begraafplaats Ölandhorst in Lelystad.

Ik heb het hem gevraagd. Hij zwijgt. Wie zwijgt stemt toe is de uitdrukking maar in dit geval weet ik het zo net nog niet. 

Mijn vader wilde om te beginnen al helemaal niet dood. Het hele idee heeft hem tot het eind tegengestaan. Waar hij daarna terecht zou komen boeide hem niks, dus ik denk niet dat hij nou bovenmatig gelukkig is in zijn Chinese vaas. Ik vermoed dat hij het ding nooit gekocht zou hebben daar in de antiekstraat in Beijing als hij had geweten dat hij daar 10 jaar in zou moeten doorbrengen.

Ik vind wel dat we hem een mooi plekje hebben gegeven. Hij zit op een hoekje, heeft ook altijd op hoeken gewoond tenslotte. Aan de binnenkant van de muur dus gezellig veel aanspraak en bezoek. Veel bomen en natuur en bovenal veel vogels. Hij heeft daar geen telescoop nodig om ze op te zoeken, ze komen naar hem toe. Hij had het zelf niet beter kunnen uitzoeken.

Maar verder... Ik kom er zelden. Heel af en toe rijd ik er langs, of als ik toch in de buurt ben kijk ik eventjes. Want hoe mooi het plekje ook is, voor mijn gevoel is hij daar niet. Zijn as staat daar en dat is het. En zijn as merkt echt niet dat ik naar die Chinese vaas sta te kijken.

Als ik me hem wil herinneren kijk ik liever naar het schaalmodel van een botter die hij de laatste weken van zijn leven nog gemaakt heeft. Waarvan ik samen met hem de kraaltjes heb zitten rijgen. Of ik kijk naar Martijn die hetzelfde rosse haar met slag heeft als hij had. Of ik geef een goeie vloek, want niemand kon vloeken zoals hij.

Dus die plek in de urnenmuur? Daar mag van mij iemand anders in gaan vertoeven. Daar mogen andere mensen met kersvers verdriet hun tranen de vrije loop laten, of dierbare herinneringen ophalen.

Mijn vader mag vrij. De beulakkerwijde wordt zijn verblijfplaats, waar hijzelf ook zijn vader en moeder verstrooid heeft. Vlak bij zijn geboortegrond in Vollenhove. Voor zijn rust zal het niet veel meer uitmaken. Voor die van ons wellicht nog wel.

Het laatste afscheid gaan we nemen. Afscheid van zijn plekje in de muur, afscheid van zijn laatste resten.

Punt.